nuod No Comments

De ontvangen antwoorden…

Naar aanleiding van de publicatie van alle vacatures op 28 november in het Belgisch Staatsblad hebben wij de directeur van P&O geïnterpelleerd. Hier zijn de ontvangen antwoorden en ons commentaar

Verduidelijking van de standplaats

Wij hebben gevraagd hoe kandidaten informatie kunnen krijgen over de standplaatsen die zullen worden aangeboden. De incompetentiestellingen vermelden namelijk niet de plaats van tewerkstelling. Medewerkers zijn alleen op de hoogte van het aantal vacatures en de taalverdeling. Weten waar de functie zich bevindt is een motiverende factor (dit blijkt met name regelmatig uit enquêtes van uitzendbureaus).

De kennisgeving van vacature moet alle informatie over de vacature bevatten, zodat de kandidaten met kennis van zaken kunnen postuleren.

Het ontvangen antwoord: Aangezien zich in de periode tussen de bekendmaking van bevorderingen en de daadwerkelijke benoemingen nog personeelsbewegingen kunnen voordoen (interne mobiliteit, pensioneringen, onverwacht vertrek, enz.), is het niet altijd mogelijk om in de dienstorder een specifieke standplaats mee te delen. Alle elementen van de vacature die nodig zijn om met kennis van zaken te kunnen solliciteren, zijn te vinden in de functieprofielen die bij de dienstopdracht zijn gevoegd.

Onze opmerkingen: Wij zijn ons er uiteraard van bewust dat er tussen publicatie en benoeming personeelsbewegingen zullen zijn. Niettemin betreuren wij het gebrek aan zichtbaarheid voor de kandidaten. Weten voor welke standplaatsen) men solliciteert is voor veel collega’s een belangrijk, zo niet essentieel, element. Het is gemakkelijk te begrijpen dat een functie in Kortrijk een personeelslid die in Hasselt woont niet zal interesseren. Deze onzekerheid zal zeker verschillende kandidaten hebben afgeschrikt.

Beperkte benoemingen – Personeelsplan

De verordening bepaalt dat benoemingen plaatsvinden binnen de grenzen van het personeelsplan.

Moeten we begrijpen dat bepaalde personeelsleden die veel moeite hebben gedaan om voor de tests te slagen, misschien nooit worden aangesteld, ook al zijn ze geslaagd en staan ze goed gerangschikt voor de functie?

Wat voorziet het personeelsplan voor 2022 en 2023 in termen van bevordering, toetreding, aanwerving? Wij zouden graag het precieze aantal posten per rang en algemene administratie/stafdienst vernemen, alsmede de functies die in elke algemene administratie/stafdienst prioriteit zouden krijgen.

Het ontvangen antwoord: Alle bij de dienstorder van 28/11/2022 bekendgemaakte functies zijn in het personeelsplan opgenomen. Tenzij de regering ingrijpt, kunnen alle gepubliceerde promoties plaatsvinden.

Verbod om in eigen klasse te solliciteren

In de verordening staat:

  • dat de volgende betrekkingen waaraan de titel verbonden van Attaché (A2) is, bij wege van bevordering naar de hogere klasse in competitie worden gesteld;
  • dat alleen personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Financiën met rang A1 kunnen solliciteren naar posten waaraan de titel van Attaché (A2) is verbonden…”.

Voor A2-functies lijkt ons dit in strijd met het organiek reglement, waar in artikel 23 bepaald wordt dat de vacante betrekkingen in de niveaus D, C en B en de klassen A1 en A2 bij voorrang toegekend worden bij wege van mutatie. De bevoegde overheid kan van deze bepaling slechts afwijken bij een gemotiveerde beslissing.

Zal voor elke vacante post een interne mobiliteitsgolf worden georganiseerd vóór de aanstelling van geslaagde kandidaten via bevordering, met vermelding van de standplaats?

Het ontvangen antwoord: Ja, artikel 23 van het organiek reglement wordt altijd nageleefd.

Onze opmerkingen: Nogmaals, dit is een wettelijke verplichting… Niettemin verzoeken wij iedereen voorzichtig te zijn, zodat niemand benadeeld wordt.

Datum van publicatie

Sommige A1-personeelsleden hebben ons laten weten dat de datum van publicatie in het Staatsblad op 28 november hen belette te solliciteren, omdat zij 3 dagen anciënniteit misten. Er bevinden zich ongeveer 140 ambtenaren in die situatie. Wij betreuren het dat dit element niet in overweging is genomen.

Wij zijn ons ervan bewust dat er data moeten worden vastgesteld en dat die voor sommigen nadelig kunnen zijn. Maar om hen gerust te stellen over hun loopbaanontwikkeling, zullen dit soort incompetentiestellingen regelmatig (een of twee keer per jaar) worden georganiseerd?

Het ontvangen antwoord: De anciënniteit wordt berekend op basis van de hele maand. Het is dus juist dat sommige personeelsleden niet in aanmerking komen voor A3 omdat zij één maand anciënniteit te kort hebben. Ongeacht de datum van publicatie zullen er altijd personeelsleden zijn die (net) niet in aanmerking komen voor deelname. De dienstorder bepaalt dat aan de voorwaarden voor deelneming moet zijn voldaan op de datum van publicatie van de oproep tot mededinging. Daarom kunnen we hier niet van afwijken.

Dit belet de betrokken personeelsleden echter niet om deel te nemen aan de opengestelde functies A2.

Hoewel we nog geen concreet tijdschema kunnen geven, is het de bedoeling om in de toekomst regelmatiger incompetentiestellingen te organiseren.